-
1 défaut d'organisation
-
2 défaut
défaut [deefoo]〈m.〉1 gebrek ⇒ tekort, ontoereikendheid2 gebrek ⇒ fout, onvolkomenheid, zwakke plek3 zwakheid ⇒ fout, verkeerdheid, verzuim, nalatigheid♦voorbeelden:défaut d'organisation • gebrekkige organisatiedéfaut de vitamines • vitaminegebrekfaire défaut • ontbrekenà défaut de • bij gebrek aanpécher par défaut • al te weinig doendéfaut de fabrication • fabricagefoutdéfaut de prononciation • spraakgebreksans défauts • vlekkeloos→ excèsc'est là son moindre défaut • dat is zijn grootste gebrek nog nietêtre en défaut • in gebreke blijven(sur)prendre qn. en défaut • iemand op een tekortkoming betrappenfaire défaut • niet verschijnen, verstek laten gaanm1) gebrek, tekort2) fout, tekortkoming3) verzuim, nalatigheid4) verstek [juridisch] -
3 organisation
organisation [orgaaniezaasjõ]〈v.〉2 organisatie ⇒ opzet, structuur3 organisatie ⇒ vereniging, groepering♦voorbeelden:organisation d'une entreprise • bedrijfsvoering, managementorganisation des loisirs • recreatiebeleidorganisation du travail • taakverdelingingénieur en organisation • organisatiedeskundigeorganisation de voyage • reisorganisatieorganisation financière • financieringsmaatschappijorganisation industrielle • bedrijfschapOrganisation Mondiale de la Santé • Wereldgezondheidsorganisatieorganisation politique • politieke groeperingorganisation professionnelle • beroepsverenigingorganisation syndicale • vakorganisatief
Перевод: с французского на все языки
со всех языков на французский- Со всех языков на:
- Французский
- С французского на:
- Нидерландский